Brawa 46762 Spoor H0 Standaardvervoerwagen AB2mp van de CFL, tijdperk III met IB

Standaardvervoerrijtuig AB2mp van de CFL, tijdperk III met binnenverlichting.
Bedrijfsnummer: 2024

MODELDETAILS
Metalen ashouder
Aslagerdeksel
Remschoenen in wielvlak
Individueel geplande beklimmingen en trappen
Asremkoppeling
Remsysteem
Omvormer ventilator
Variant interieurontwerp
Extra bijgevoegde lentepakketten
Fijne klinknagels en gravures

INFORMATIE OVER HET ROLMODEL
De ontwikkeling van de tweeassige standaardvervoerwagens met verwisselbaar ontwerp hangt nauw samen met de opkomst van standaardisatie van componenten in de spoorwegindustrie als een sleutelindustrie in de jaren twintig. De Deutsche Reichsbahn Gesellschaft (DRG) had zich ten doel gesteld om wagenonderdelen over de bedrijven heen volgens dezelfde specificaties en voorwaarden te laten vervaardigen om later de onderhoudsinspanningen in de eigen fabrieken drastisch te kunnen verminderen en onderdelen uitwisselbaar te maken. Tegen deze achtergrond gaf de DRG de Gesellschaft Deutscher Waggonfabriken (D.W.V.) de opdracht om de gewenste standaard transitwagens te ontwikkelen en te leveren. Door het specificeren van de vervangingsconstructie waren er niet langer per wagontype zo’n 1.400 tekeningen nodig. Er was veeleer sprake van een basistype waarop de gewijzigde ontwerpen waren gebaseerd met ongeveer 150 van onze eigen tekeningen. Vanaf 1928 werden voor het bedrijf bijna 5.500 auto's gebouwd van de verschillende typen BCi-28, Ci-28, CDi-29, Pwi-28, Ci-29 BCi-29, Pwi-29, Bi-29 en Ci-30 in diverse leveringsseries Personenvervoer. De auto's voldeden aan de verwachtingen van de DRG. Hierdoor konden veel oudere staatsspoorwagons en splintertypes buiten dienst worden gesteld. De rijeigenschappen van de auto's, die niet bijzonder bevredigend waren voor de passagiers, leverden hen al snel de bekende bijnaam op

“Donderbussen”. De chaos van de oorlog zorgde er onvermijdelijk voor dat veel Europese spoorwegmaatschappijen ook tweeassige standaardvervoerwagens in hun voorraad konden hebben. Wat ze echter allemaal gemeen hadden, was dat de auto’s eind jaren zestig en begin jaren zeventig de algemene entertainmentvoorraad verlieten. De wagens die vandaag de dag nog steeds bestaan, zijn zeer populair bij diverse museumspoorwegen in binnen- en buitenland.